EEN BAAIERD VAN KLEUREN
LOKTE MIJN OGEN
EN ONTROERD STAARDE IK OMHOOG
OM IN HEMELWATER TE VERDRINKEN
ONDER HET WONDER VAN EEN REGENBOOG
SCHIMMEN IN HET OCHTENDDUISTER
EEN BEWEGING, O ZO KLEIN
IS HET EEN BLAD
ER IS GEEN WIND
HET MOET EEN VROEGE VOGEL ZIJN