JAARGANG 2; NR.3
1.DE VEROVERING VAN ZUID-AMERIKA
Ondanks dat stuurde hij een luitenant, genaamd de Soto met een escorte, te paard naar de Inca. Dat laatste was vooral bedoeld om te imponeren. De Inca's kenden het paard niet, net zomin als zij runderen, geiten en schapen kenden. De Soto reed brutaalweg het paleis binnen en manoeuvreerde zijn paard tot dicht bij de allerhoogste Inca. Zo dicht, dat het paard aan zijn hoofdtooi begon te knabbelen. Nu werd de keizer woedend. Hij stuurde de delegatie onverschrokken weg met de mededeling dat de conquista-dores “de prijs moesten betalen”. Teruggekomen bij Pizarro maakte zijn verslag de manschappen angstig. De overmacht was te groot en ze leken ten dode opgeschreven. Pizarro liet de moed niet zakken. Hij kende het boek dat zijn landgenoot Cortez had geschreven over zijn verovering van Mexico. Hierin beschreef hij het gijzelen van de vorst, als een probaat middel om de bevolking te controleren. Pizarro ontvouwde aan zijn luitenants zijn plannen en de Spanjaarden namen hun posities in om hun huid zo duur mogelijk te verkopen.
De volgende ochtend waren de Spanjaarden stomverbaasd, toen de Inca hun positie in de stad naderde. Hier was geen sprake van een naderend leger, maar eerder van een processie, begeleidt door muziek en dans. De Incavorst werd in een draagstoel het centrale plein opgedragen. De soldaten, die hem begeleiden waren ongewapend. Waande de keizer zich zo superieur, dat hij dacht dat de indringers op de vlucht zouden slaan?
Toen alle 7000 Inca's hun positie hadden ingenomen, stuurde Pizarro een priester in een poging om de vorst te bekeren. Akuakalpa vroeg de priester verbaasd, waar deze het recht vandaan haalde om hem, de zoon van de Zonnegod, zo toe te spreken. Als antwoord gaf de priester hem een Bijbel. “Dit is het woord van God.” De grote Inca had nog nooit een boek gezien en wierp het boek achteloos op de grond. Dit was het teken voor de Spanjaarden. Ze mochten pas geweld gebruiken als de heidenen bekering hadden afgewezen. De haakbussen knalden en ruiters reden in op de Inca's. Met hun zwaarden maakten zijn korte metten met de indianen.
De Inca werd van zijn draagstoel gesleurd en door Pizarro zelf gevangen genomen. Uiteindelijk bedekten 7000 lijken het plein en was de Zoon van de Zon gevangen genomen. Het handboek van Cortez had zijn nut voor de conquistadores opnieuw bewezen. Pizarro, die al een fortuin in Midden-Amerika had vergaard, begon toen met de plundering van het Incarijk. Akakualpa kreeg een ceremoni・e functie, zolang hij de bevelen van de Spanjaarden opvolgde. Uiteindelijk bood Pizarro de Incavorst de vrijheid aan, in ruil voor 20.000 kilo in goud en zilver. Uit het hele rijk werden sieraden gebracht, die werden omgesmolten. Het goud stapelde zich op. Toen het losgeld was bereikt, had de keizer zijn nut verloren en Pizarro liet hem aan een wurgpaal (carotte; tot in de vorige eeuw in gebruik in Spanje)ter dood brengen. Zijn fortuin was gemaakt.
Europeanen hebben gebieden in Amerika, Afrika, Azië en zelfs een geheel kontinent (Australië en Nieuw-Zeeland) ontdekt en vervolgens gekoloniseerd. Dit houdt in: gewapender hand veroverd ten koste van de plaatselijke bevolking. Ook al woonden die daar al duizenden jaren. Waarom waren de Europeanen zo succesvol. Waarom veroverde Europa Afrika en niet omgekeerd. Waarom vernietigde Pizarro het Incarijk en baatte de numerieke overmacht de Incakeizer niet. Welke basis heeft deze “succesformule”?
Europa is vergeleken met de overige beschavingscentra in staat geweest om haar voedselvoorziening (landbouw en veeteelt) te optimaliseren. Door paarden en ossen kon een groter areaal worden bewerkt. Men was veelal in staat om een surplus te creëren, waardoor er ruimte was voor culturele en maatschappelijke diversiteit en mobiliteit. Dit was de basis voor onze welvaart en de speurtocht van Portugezen, Spanjaarden, Engelsen en Nederlanders over de aardbol. Op zoek naar handel, geld en rijkdom. Spanje kon zich door de inkomsten uit de Nieuwe Wereld ontwikkelen tot een wereldmacht.
Professor Jared Diamond heeft over de hele wereld onderzoek gedaan naar de factoren, die het Europese succes droegen. Hij komt uiteindelijk tot drie kenmerken voor de Europese (militaire) superioriteit.
Allereerst het gebruik van vuurwapens. Buskruit werd uitgevonden in China via het Midden-Oosten bereikte het Europa. Zij waren het, die de Arabische experimenten, benutten om steeds dodelijker vuurwapens te maken. De haakbussen, die Pizarro's manschappen gebruikten, waren een primitief handvuurwapen. Het duurde erg lang om het te herladen en was onzuiver. Toch waren de knallen, de rook en de toevalstreffers genoeg om de Inca's in paniek te brengen. Maar de haakbus was slechts het begin. Bij de kolonisatie van Afrika zaaiden machinegeweren dood en verderf.
Ten tweede, het gebruik van ijzer. De Inca's verkeerden nog in de bronstijd. Dit metaal was kansloos tegen de rapieren en hellebaarden van de Spanjaarden. De rapier, een verlengde degen, was het hoogtepunt in de ontwikkeling van slag- en steekwapens. Gemaakt van het beste staal uit Toledo, werd het een machtig wapen. Vooral in de handen van een ruiter konden met een rapier tientallen indianen worden gedood. De paarden, die de ruiters gebruikten, werden getraind op het maken van korte wendingen en waren een wapen op zich. De status van de Spanjaarden door deze paarden was bijna goddelijk. Ze werden geassocieerd met Veracocha; de blanke Incagodheid, de god van de donder.
Maar de Europeanen beschikten ook over een onzichtbaar massa-vernietigingswapen; besmettelijke ziektes. Ook dit heeft te maken met de ontwikkeling in Europa. Veel besmettelijke ziektes, waaronder mazelen en pokken, worden overgedragen door vee. Pizarro was in zijn jeugd zwijnenhoeder geweest en met hem waren Europeanen tegen deze ziektes enigszins beschermd. Ook hadden epidemieën in Voor-Azië en Europa de overlevenden extra bescherming opgeleverd. Deze bescherming ontbrak bij de Inca-indianen. Zij kenden geen vee en hadden daarom geen natuurlijke bescherming. E駭 geïmporteerd geval van pokken, breidde zich over Zuid- en Midden-Amerika uit. Geschat wordt dat in korte tijd 95% van de lokale bevolking besmet werd en in grote aantallen stierf. Het vergemakkelijkte de verovering van Amerika, Australië en Zuid-Afrika.
DE SUPERIORITEIT VAN EUROPA 2
De verovering van zuidelijk Afrika.
De kracht, die het de Europese staten mogelijk maakte, wereldwijd gebieden te veroveren en te koloniseren was geografisch. Nergens anders in de wereld werden zoveel dieren gedomesticeerd en was massaproductie van granen en andere voedingsmiddelen mogelijk. Paarden en ossen werden gebruikt om te ploegen en
voor transport. Deze economische basis maakte de ontwikkeling van de Europese beschaving mogelijk. Wetenschap en techniek werden gestimuleerd en twee takken hiervan leverden de superioriteit op, die eeuwenoude beschavingen op de knieën kreeg. Ten eerste was dat de ontwikkeling van stalen wapens, zoals de rapieren, waarmee de Spanjaarden en Portugezen vochten en de ontwikkeling van vuurwapens. Ofschoon buskruit en primitieve wapens in China en het Midden-Oosten bekend waren, werd het wapen in West-Europa geperfectioneerd. Ten slotte bezaten de Europeanen een biologisch wapen, zoals de pokken, die de indianenbevolking van Amerika decimeerde. Ook bij de kolonisatie van Australië gaven deze drie factoren de doorslag.
Maar de verovering van Afrika werd een ander verhaal. Allereerst liepen de zaken voor de blanken voorspoedig. De kolonie op Kaap de Goede Hoop floreerde, terwijl de plaatselijke bevolking door de pokken werd uitgeroeid. Toen de druk in de Kaapkolonie te groot werd, besloten een groep Nederlandse kolonisten, de bekende
Boeren, naar het noorden te trekken, op zoek naar nieuw vruchtbaar land. Dat vonden ze ook, zo'n 800 kilometer ten noorden van Kaapstad. De Boeren waren zonder het te weten in het Zulu-rijk terecht gekomen. Deze krijgszuchtige stam was zeer goed georganiseerd en beheerste een gebied van 30.000 vierkante kilometer. De Boeren trokken met hun ossenkarren verder. 's Nachts werd er gekampeerd. Men was zich van geen dreiging bewust. Tot op een nacht een kamp werd overvallen door een overmacht aan Zulusoldaten, die driehonderd mannen, vrouwen en kinderen afslachtten.
De overlevenden verzamelden zich en zetten hun karren in een grote kring en afwachting van wat er komen zou. De volgende ochtend, bij zonsopkomst naderden tienduizend getrainde Zulusoldaten de provisorische vesting. De overmacht van de Zulu's was enorm. Toch lukte het de krijgers niet om dicht bij de tegenstanders te komen. Nu kwam het traditionele wapen van de Boer, de voorlader, tot zijn recht. Deze opvolger van de haakbus moest nog wel na elk schot herladen worden, maar het geweer was zuiver en een treffer verwoestend. De Boeren verdeelden zich in twee groepen. Eén groep herlaadde de voorladers en de overigen schoten. In dit spervuur werden zo'n 4000 Zulu's gedood. De overigen vluchtten. Deze slag wordt nog steeds herdacht als de Slag bij Bloedrivier. De macht van de Zulu's was gebroken. Er zijn nog een aantal veldslagen geweest, ook met Bantoestammen, maar de Engelse militairen beschikten nu ook over machinegeweren. Deze beslisten een treffen vaak binnen een aantal minuten.
Zuidelijk Afrika bestond uit losse bond van Bantoestammen. Ze leefden in kleine gemeenschappen en bedreven landbouw en veeteelt. De Westerlingen trokken steeds verder naar het noorden en niets leek hen in de weg te staan. Maar zonder het te weten, waren de Europeaen de Kreeftskeerkring overgestoken en in de Tropen beland. Dit was een geheel andee wereld, met andere spelregels. De geïmporteerde gewassen sloegen niet aan en paarden en vee stierven. Maar ook de kolonisten kregen nu met onbekende ziekten getroffen, de belangrijkste daarvan was malaria. De plaatselijke bevolking en het vee leken echter immuun voor een ziekte, die voor een blanke dodelijk was. De inwonerts van tropisch Afrika hadden een immuniteit opgebouwd en kenden zelfs vaccinatie tegen de pokken. De kolonisatie van Afrika stokte, maar nam al snel een nieuwe wending. Afrika bleek namelijk uitzonderlijk rijk aan grondstoffen. Hout, rubber maar vooral diamanten, goud, koper en andere delfstoffen. Nu begon een tweede kolonisatie. De Engelsen en de Belgen overtroffen elkaar in de wrede uitbuiting van dit kontinent. Hele volks-stammen werden verplaatst en te werk gesteld in de mijnen. Spoorwegen werden aangelegd om de producten naar de kust te vervoeren. Langs de spoorlijn ontstonden de townships en de steden. De bonte mengeling van kleine nederzettingen werd verbroken en de grote stad zoog de plattelandsbevolking naar zich toe. Dit heeft allerlei dramatische gevolgen. Eén daarvan is het verdwijnen van de natuurlijke immuniteit voor malaria, die voortkwam uit het leven in dorpen op het platteland. Malaria is nu dodelijk voor de Afrikanen en één op de vijf kinderen sterft aan malaria vóór het vijfde levensjaar. In Zambia, één van de armstre landen ter wereld, is de gemiddelde levensverwaachting 35 jaar. De enorme winsten, die in de afgelopen eeuwen zijn gemaakt, verdwenen naar het buitenland of in de zakken van lokale magistraten.
Wordt hier een hopeloze strijd gestreden en zal de verarming en verpaupering van Afrika doorgaan. Zeker nu ook Aids epidemische vormen aanneemt. Maleisië en Singapore kennen dezelfde geografische omstandigheden als Zambia. Malaria kwam daar ook voor. Zo'n vijftig jaar geleden hebben beide landen de handen ineen geslagen. Door te investeren in preventie, medicijnen en ziekenhuizen, maar vooral door het herordenen van de economie en de leefstijl van de bevolking. Dit heeft ertoe geleid dat malaria vrijwel volledig uit de beide landen verdwenen is. Ook Zambia heeft een dergelijk landelijk plan op stapel staan. De medicijnen, die de afgelopen jaren zijn ontwikkeld, zijn een basis om malaria te bestrijden. Malaria kan de wereld uit. Als wij dat willen.