PATH OF 100 MONKEYS






WIST U DIT? nr. 8

 

Veruit de meest beroemde en beruchte ontsnappingskunstenaar was de Amerikaanse variétéartiest Harry Houdini (1874 – 1926). Hij was van Hongaarse oorsprong. Er bestond geen gevangenis, dwangbuis of handboeien, waaruit hij niet kon ontsnappen. Houdini legt in zijn boek Handcuff Secrets uit hoe hij dit klaarspeelde. De basis vcoor zijn vaardigheid was een fenomenale kennis van sloten. Verder gebruikte hij bij zijn voorstellingen, die massaal werden bezocht, verstopte sleutels, ijzeren pinnetjes en andere hulpmiddelen, zoals een verlengde sleutel, die hij in zijn mond verborgen hield.

Slechts eenmaal in zijn carrière lukte het hem niet om te ontsnappen. Bezoekers aan de show werden steevast uitgenodigd om sleutels om te draaien, gespen aan te trekken en kettingen vast te maken. Een assisterende politieman blokkeerde de handboeien van Houdini door loden kogeltjes in het slot te laten vallen. Bij die gelegenheid moest de beroemdheid zich los laten zagen.



Duikers, net als vissers overigens, hebben de neiging om de vissen, die ze onder water ontmoeten, groter in te schatten, dan ze in werkelijkheid zijn.

Dit kun je ze echter niet kwalijk nemen. Lichtstralen veranderen van richting, bij de overgang van lucht naar water.
Hierdoor lijken zeezoogdieren, vissen, collega-duikers en objecten zo'n 33 procent groter, dan ze in realiteit zijn.
Ook de waargenomen kleuren onder water zijn misleidend. De kleuren, waaruit het zonlicht is opgebouwd op verschillende diepten worden geabsorbeerd. Eerst verdwijnt het rood, gevolgd door oranje, geel, groen en blauw. Een duiker, die beweert op 30 meter diepte, een bruin-grijze vis te hebben gezien, kan een blauw-rode vis hebben ontmoet.